Sociocratische Kringorganisatiemethode (SKM)
De SKM, voluit sociocratische kringorganisatiemethode, helpt organisaties betere besluiten te nemen die sneller worden uitgevoerd. Rendementsverbeteringen tot wel 50 procent zijn mogelijk door aan een bestaande organisatie een sociocratische kringorganisatie toe te voegen.
Met de SKM kun je een cyclische besluitvormingstructuur voor de beleidsbepaling toevoegen aan een (bestaande) lijnstructuur voor de uitvoering van dat beleid. De beleidsbepalende structuur is gebaseerd op gelijkwaardigheid in de besluitvorming en een gezamenlijke verantwoordelijkheid van alle organisatiedeelnemers voor het bepalen en realiseren van de organisatiedoelstellingen.
Gekoppelde beleidskringen
De sociocratische besluitvormingsstructuur bestaat uit kringen die overlappen met de functionele eenheden in de lijnstructuur. Teams vormen een kring en bepalen beleid voor hun team. Meerdere teams die een afdeling vormen hebben een afdelingskring die het afdelingsbeleid bepaalt. En hetzelfde geldt voor het afdelingsoverstijgende niveau, die heeft een bedrijfs- of algemene kring voor de beleidsbepaling.
Deelnemers aan de kring zijn de leidinggevende van de betreffende functionele eenheid, de uitvoerende medewerkers op dat niveau en afgevaardigden van het naastlagere organisatieniveau. Zo vind je in de afdelingskring de afdelingsmanager en de teamleiders en gekozen afgevaardigden van de onderliggend teams.
Elke kring heeft een eigen beslisdomein waarvoor het beleid bepaalt. Besluiten over de uitvoering van het beleid delegeert ze aan een of meer van haar leden. De term kring komt uit de stuurkunde, de cybernetica, en verwijst naar het kringproces van leiden, uitvoeren, meten. De kring is verantwoordelijk voor het organiseren van de kringprocessen voor het eigen domein.
Top-down en Bottom-up
Het kringproces staat centraal in de SKM. Dat is ook de reden voor de introductie van de gekozen afgevaardigde en het consentbeginsel. Die borgen de terugkoppeling van de uitvoering naar de leiding. Op deze manier is er een gelijkwaardige top down en bottom up sturing op elk niveau in de organisatie. Dat verbetert de communicatie en samenwerking in de organisatie. De wendbaarheid en bestuurbaarheid van de organisatie nemen toe.
De 4 basisprincipes
Regel: Regerend consent
Consent regeert de besluitvorming. Consent betekent geen overwegend beargumenteerd bezwaar. Als je consent geeft ben je bereid en in staat om een besluit uit te voeren. Alle andere wijze van besluitvorming blijven mogelijk als je dat met consent afspreekt. Consent vormt als het ware de ondergrens voor de besluitvorming.
Het is dus niet zo dat alle besluiten met consent genomen worden. Met consent kan aan personen of groepen de bevoegdheid worden gegeven om zelfstandig beslissingen te nemen.
Consent is ook geen consensus. Je kunt bezwaren hebben, mits ze maar niet zo sterk zijn dat ze je medewerking aan de uitvoering van het besluit in de weg staan.
Consent is ook geen veto: als je overwegende bezwaren hebt zul je die moeten toelichten (beargumenteren) zodat gezocht kan worden naar een oplossing ervoor. Wat niet automatisch hoeft te betekenen dat het voorstel wordt aangepast. Door het samen praten over de overwegende bezwaren kunnen die ook verdwijnen. Bijvoorbeeld omdat het voorstel beter wordt begrepen of je leert van anderen hoe die met deze bezwaren omgaan.
Naast de regel Regerend Consent zijn er nog een aantal andere regels die het werken met consent praktisch maken in elk soort organisatie.
Regel: Kringorganisatie
De organisatie beschikt over een besluitvormingsstructuur, opgebouwd uit onderling dubbel gekoppelde kringen, waarbinnen het consentbeginsel regeert. De kringen zijn functionele eenheden met een eigen doelstelling en beslisdomein. Het consentbeginsel en de dubbele koppeling borgen dat deze op elkaar zijn afgestemd. De besluitvormingsstructuur omvat alle organisatiedeelnemers.
Regel: Dubbele koppeling
De verbinding van een kring met de naasthogere kring bestaat uit een dubbele koppeling. Dat wil zeggen dat ten minste twee personen en wel de leidinggevende van de kring en ten minste één afgevaardigde van de kring, tot de naasthogere kring behoren.
L = Leidinggevende
A = Afgevaardigde
Regel: Sociocratische verkiezing
Het kiezen van personen voor functies en/of taken gebeurt volgens het consentbeginsel na open argumentatie.